Stel jezelf eens even kort voor.
Bart: 'Ik ben 46, ik heb twee kindjes en er is een derde op komst. Ik ben getrouwd met Leen en ik heb heel wat passies. Een van mijn grootste passies is mijn gezin, maar ook mensen helpen en dingen verwezenlijken om van onze wereld een klein beetje een betere plaats te maken, al klinkt dat wat blasé. Dat is de reden waarom ik in de politiek ben gegaan en me bezighoud met domeinen zoals klimaat, ruimtelijk beleid en stadsontwikkeling. Ik loop graag en doe mee met de joggings van onze dienst sport. Ik heb ook een grote interesse in geschiedenis.'
Je neemt het project nu over van Marleen Verboven, hoe zie je jouw rol binnen het project?
Bart: 'Ik hou de stuurknuppel vast en bepaal op die manier welke richting het project uitgaat. Als schepen is het uiteraard belangrijk om samen met de collega-schepenen het beleid uit te stippelen. Ik geloof zeer sterk in samenwerking over beleidsdomeinen heen. Geen enkel beleidsdomein staat op zichzelf dus je moet samenwerken.
Uiteraard is de stad niet de enige speler, er zijn ook private partners met wie we op een goede manier het project vorm moeten geven zodat er een win-winsituatie ontstaat, zowel voor de private partners als voor de gemeenschap. Zon groot project moet op lange termijn voor een meerwaarde zorgen voor onze gemeenschap. Het is mijn verantwoordelijkheid om dit project in nauw overleg, met goede informatie en goede communicatie te doen met de mensen die errond wonen en de mensen van Geel. De stationsomgeving is iets van de hele stad.'
Wat wil je graag bereiken met het project?
Bart: 'Ten eerste dat de stationsomgeving zoals een heleboel andere plaatsen in Geel rijker wordt. Rijker, daarmee bedoel ik groener, toegankelijker, veiliger. Een aangename plek om te wonen en te verblijven. We zien dat heel wat stationsomgevingen in andere steden en gemeentes op een bepaald moment ontaarden in één grote verkeerschaos met grijze grauwe gebouwen. Gelukkig is het in Geel nog niet zover, die grauwe omgeving dan toch, de verkeerschaos hebben we wel al. De verkeerschaos is iets dat zeker en vast verbeterd moet worden en eigenlijk bij voorkeur zelfs opgelost.
Verder houdt een goed draaiende stationsomgeving in dat we gebruiken maken van vervoersmodi die op elkaar zijn afgestemd. Mensen kunnen met de fiets gemakkelijk op de trein springen en omgekeerd. Ook de overgang naar de bussen is belangrijk. Je moet er ook met de wagen kunnen blijven komen. De stationsomgeving leeft, onder andere door de mobiliteitsfactor van de trein maar dat mag niet het enige zijn. Het doel moet een betere leefomgeving zijn waarin het aangenaam vertoeven is. Een stationsomgeving vormt vaak de kern van een stad en dat betekent dat we daar dus moeten gaan verdichten. In de pers kwam dit de laatste tijd ook aan bod bij het klimaatdebat. Maar verdichten hoeft niet bedreigend te zijn, het geeft juist een opportuniteit om dat stukje van Geel mooier en aangenamer te maken.'
Wat vind je de grootste uitdaging?
Bart: 'Stadsontwikkeling is iets dat op lange termijn werkt. Soms is een project pas binnen 15 jaar afgewerkt. Zeker in de beginfase is het voor mensen dan moeilijk om zich voor te stellen hoe het gaat worden. We moeten absoluut begrip hebben voor het comfort van mensen tijdens de werken en voor hun twijfels bij wat er gaat komen en hoe zij zich daarbij gaan voelen. Op welke manier zal hun leven beïnvloed worden?
Informatie en communicatie is hierbij heel belangrijk maar ook samenwerking. In het beleidsplan ruimte hebben we zeer duidelijk voor samenwerking gekozen. Met meer dan 1000 mensen hebben we dat beleidsplan getekend en dat is ook de bedoeling hier in de stationsomgeving. Een stukje meewerken aan het project, inspraak krijgen, is dat ook. Inspraak is moeilijk want wat je in de ene straat mensen hoort zeggen, is daarom niet hetzelfde voor een andere straat. Het gaat over gevoelens van mensen en die zijn per definitie individueel. Daar op een goede manier mee omgaan is voor mij de uitdaging.
We gaan niet zomaar even een straat verven, dat kun je heel erg gemakkelijk bevattelijk maken. Een herontwikkeling zoals die van de stationsomgeving is moeilijk voor te stellen, zelfs 3D-plaatjes geven niet altijd het werkelijke beeld goed weer.'
Wanneer ben je tevreden?
Bart: 'Ik zou tevreden zijn wanneer we met velen op eenzelfde manier, zoals met ons beleidsplan, het project stapje per stapje kunnen uitstippelen. Dat betekent dat we twijfel wegnemen bij de mensen, zodat ze met vertrouwen naar de toekomst kunnen kijken. Dat ondernemers die er gevestigd zijn het ook als een opportuniteit zien, dan denk ik aan ondernemers die een sociaal doel nastreven zoals De Kringwinkel of organisaties zoals CM maar ook private partners zoals GAVRA. Maar ik hoop dat we binnen 15 jaar kunnen zeggen dat de stationsomgeving een goed bereikbare en aangename plek is om te verblijven. Waar je kunt werken en leven en zeker en vast een frietje kan gaan steken.'
Wat wil je de lezers nog meegeven?
Bart: 'Ik vind het belangrijk dat Gelenaren zich goed informeren, goed nadenken, hun mening baseren op feiten en cijfers maar die mening ook uitspreken. Op die manier kunnen we samen vooruit.'
Volgende keer komt er een buurtbewoner aan het woord.